eigen_frontfoto

Bandingfactoren 2015 gekend

Verkort extract B.S.:

De Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie,
Artikel 1. Voor nieuwe projecten met startdatum in 2015 bedraagt de maximaal toegelaten bandingfactor 1.
Art. 2. Voor groenestroomprojecten wordt de bandingfactor per categorie, door het Vlaams Energieagentschap in haar rapport van 30 juni 2015 voorgesteld ter uitvoering van het bepaalde in artikel 6.2/1.5, § 2, derde lid van het Energiebesluit, per categorie vastgesteld als volgt:

3° nieuwe biogasinstallaties met een maximaal vermogen tot en met 5 MWe en met een startdatum vanaf 1 januari 2015:
a) voor de vergisting van hoofdzakelijk mest- en/of land- en tuinbouwgerelateerde stromen: de bandingfactor bedraagt 1;
b) voor GFT-vergisting bij een bestaande composteringsinstallatie: de bandingfactor bedraagt 1;
c) recuperatie van stortgas: de bandingfactor bedraagt 0,292;
d) voor vergisting van rioolwaterzuiveringsslib: de bandingfactor bedraagt 0,365;
e) overige vergisters: de bandingfactor bedraagt 1;

4° nieuwe biogasinstallaties met een maximaal vermogen groter dan 5 MWe tot en met 20 MWe en met een startdatum vanaf 1 januari 2015:
a) voor de vergisting van hoofdzakelijk mest- en/of land- en tuinbouwgerelateerde stromen: de bandingfactor bedraagt 1;
b) voor GFT-vergisting bij een bestaande composteringsinstallatie: de bandingfactor bedraagt 1;
c) recuperatie van stortgas: de bandingfactor bedraagt 0,0964;
d) voor vergisting van rioolwaterzuiveringsslib: de bandingfactor bedraagt 0,123;
e) overige vergisters: de bandingfactor bedraagt 1;

Art. 3. Voor WKK-projecten wordt de bandingfactor, door het Vlaams Energieagentschap in haar rapport van 30 juni 2014 voorgesteld ter uitvoering van het bepaalde in artikel 6.2/1.5, § 2, derde lid van het Energiebesluit, per categorie vastgesteld als volgt:

5° kwalitatieve warmte-krachtinstallaties op biogas met een maximaal bruto nominaal vermogen tot en met 5 MWe en met een startdatum vanaf 1 januari 2015:
a) nieuwe installaties:
1. voor de vergisting van hoofdzakelijk mest- en/of land- en tuinbouwgerelateerde stromen: de bandingfactor bedraagt 1;
2. voor GFT-vergisting bij een bestaande composteringsinstallatie: de bandingfactor bedraagt 1;
3. voor recuperatie van stortgas: de bandingfactor bedraagt 0;
4. voor vergisting van rioolwaterzuiveringsslib: de bandingfactor bedraagt 0;
5. overige vergisters: de bandingfactor bedraagt 1;

b) ingrijpende wijzigingen:
1. voor de vergisting van hoofdzakelijk mest- en/of land- en tuinbouwgerelateerde stromen: de bandingfactor bedraagt 1;
2. voor GFT-vergisting bij een bestaande composteringsinstallatie: de bandingfactor bedraagt 1;
3. voor recuperatie van stortgas: de bandingfactor bedraagt 0;
4. voor vergisting van rioolwaterzuiveringsslib: de bandingfactor bedraagt 0;
5. overige vergisters: de bandingfactor bedraagt 1;

6° kwalitatieve warmte-krachtinstallaties op biogas met een maximaal bruto nominaal vermogen groter dan 5 MWe tot en met 20 MWe en met een startdatum vanaf 1 januari 2015:
a) nieuwe installaties:
1. voor de vergisting van hoofdzakelijk mest- en/of land- en tuinbouwgerelateerde stromen: de bandingfactor bedraagt 1;
2. voor GFT-vergisting bij een bestaande composteringsinstallatie: de bandingfactor bedraagt 1;
3. voor recuperatie van stortgas: de bandingfactor bedraagt 0;
4. voor vergisting van rioolwaterzuiveringsslib: de bandingfactor bedraagt 0;
5. overige vergisters: de bandingfactor bedraagt 1;

b) ingrijpende wijzigingen:
1. voor de vergisting van hoofdzakelijk mest- en/of land- en tuinbouwgerelateerde stromen: de bandingfactor bedraagt 1;
2. voor GFT-vergisting bij een bestaande composteringsinstallatie: de bandingfactor bedraagt 1;
3. voor recuperatie van stortgas: de bandingfactor bedraagt 0;
4. voor vergisting van rioolwaterzuiveringsslib: de bandingfactor bedraagt 0;
5. overige vergisters: de bandingfactor bedraagt 1;

Brussel, 9 december 2014.
De Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie,
A. TURTELBOOM

Datum publicatie