Definitieve actualisatie van het VEKP

Afbeelding

Op 18 juli keurde de Vlaamse Regering de definitief geactualiseerde versie van het Vlaams Energie- en Klimaatplan 2021 - 2030 goed. Dit plan stippelt een strategie uit voor Vlaanderen om het energiesysteem tegen 2030 koolstofarmer en duurzamer te maken. Vanuit Europa worden immers duidelijke doelstellingen opgelegd om de strijd tegen de klimaatopwarming aan te gaan. Vlaanderen gaat voor -40% broeikasgasemissiereductie t.o.v. 2005 en een hernieuwbare energieproductie van 34 TWh tegen 2030. Jaarlijkse voortgangsrapporten zullen de vooruitgang monitoren. Bij het bereiken van 40% reductie zal een verdere optrekking richting 47%, hetgeen België opgelegd krijgt volgens de Effort Sharing Regulation, worden bekeken. Bijkomende maatregelen kunnen worden opgelegd indien er in de negatieve zin te veel wordt afgeweken van de beleidskoers.

Voor bio-energie wordt voor de actualisering van dit Vlaams Energie- en Klimaatplan nog steeds teruggegaan naar de VITO-studie uit 2017. Vlaanderen wil met bio-energie inzetten op warmteproductie. Groene warmte zien ze graag groeien tegen 2030 in verschillende sectoren, behalve in de huishoudens. Groene warmte in warmtenetten doen stijgen wordt genoemd als potentieel. Hoe Vlaanderen dit concreet wil maken, wordt niet verduidelijkt. Voor elektriciteitsproductie uit vaste biomassa voorspelt Vlaanderen een sterke afname ten opzichte van 2021, voor elektriciteitsproductie uit biogas een status quo met de huidige stand van zaken. Ondanks de verwijzing naar het REPowerEU-plan, dat onder meer een versnelde onafhankelijkheid van (Russische) fossiele brandstoffen wil bewerkstelligen, blijft biomethaan onderbelicht.

Volgende specifieke zaken komen aan bod:

  • Erkenning van de rol van biogas in het decarboniseren van de landbouwsector.
  • Bijdrage van kleinschalige vergisters aan de reductie in emissies ten gevolge van mestopslag, met prognose van het verwachte aantal bijkomende installaties op melkvee- en varkensbedrijven, en vrijstelling van vergunningsplicht (stedenbouwkundig deel) om het gebruik te stimuleren. Ook zal een keuzepakket aan klimaatmaatregelen, waaronder pocketvergisting, naar voor worden geschoven waar rundveehouders uit zullen kunnen kiezen richting het behalen van een voldoende aantal klimaatpunten.
  • Beperken van methaanlekken in WKK-motoren, met link naar de studie die in uitvoering is rond concrete maatregelen (bv. invoeren van emissiegrenswaarden).
  • Inzetten op voorvergisting GFT-afval met nacompostering.
  • Stabilisatie productieprognose biogas. Er wordt enerzijds gesteld dat er geen (grote) nieuwe projecten gepland zijn die een noemenswaardige impact zullen hebben op die productie en anderzijds dat het potentieel van de vergisterbare inputstromen is ingevuld. Hoewel de mogelijke verschuiving tussen verschillende biogastoepassingen, van bijvoorbeeld biogasvalorisatie in een WKK naar biomethaanproductie, expliciet wordt aangehaald, blijft de prognose richting 2030 vastgelegd op 750 GWh groene stroomproductie uit biogas.
  • Actualisatie van certificatensteun voor groene stroom om oversubsidiëring te vermijden, en verlaging van steun voor groene stroom voor nieuwe biogasprojecten tot max. €54 per MWh. De Vlaamse Minister van Energie valideert de door het VEKA berekende bandingfactoren en kan een voorstel tot afwijking indienen bij de Vlaamse Regering.
  • Verschuiving van biobrandstoffen van de eerste generatie naar geavanceerde biobrandstoffen in transport, en onderzoek naar hoe Vlaanderen kan bijdragen aan het aanbod van klimaatvriendelijke brandstoffen (bv. geavanceerde biobrandstoffen) in lucht- en zeetransport.
  • Vlaanderen zet in op CO₂-afvang, -hergebruik en -opslag (CCUS), met focus op industriële clusters, havens en ook afvalverbrandingsinstallaties. Voor die laatste wordt in 2025 onderzocht hoe CO₂-afvang en -opslag tegen 2030 mogelijk kan worden. Vlaanderen pleit op EU-niveau voor de erkenning van negatieve emissies in ETS door biogene CO₂ permanent op te slaan, maar de rol van biogene CO₂ komt in het VEKP zelf nog beperkt aan bod.
  • Vlaanderen bereidt een exitbeleid voor het aardgasdistributienet voor.

Verder wordt verwezen naar de geplande Vlaamse taxshift, waarbij beleidskosten verschuiven van elektriciteit naar fossiele brandstoffen om klimaatvriendelijke technologieën aantrekkelijker te maken. Concreet betekent dit onder meer dat de quotumplicht voor de opkoop van warmtekrachtcertificaten (WKC) zal worden verschoven van elektriciteitsleveranciers naar leveranciers van aardgas en olieproducten. Ook de minimale steunverplichting wordt doorgeschoven naar de aardgasdistributienetbeheerders.

De geactualiseerde versie van het Vlaams Energie- en Klimaatplan wordt nu onder meer bezorgd aan het Vlaams Parlement, met mogelijkheid tot een laatste update in september.

Foto ©Pixabay