eigen_frontfoto

Inputstromen

Duurzaamheidscriteria

Installaties, waaronder ook biogasinstallaties, die energie produceren uit biomassa moeten voldoen aan duurzaamheidscriteria voor het verkrijgen van hun groenestroomcertificaten. Samengevat zijn deze criteria:

  • De gemiddelde broeikasgasemissiereductie bedraagt minstens 70 %. Voor elke levering1 van biomassa afzonderlijk moet minstens een broeikasgasemissiereductie van 60 % gegarandeerd worden.
  • Het biogas mag niet geproduceerd zijn uit grondstoffen, verkregen van een land met een grote biodiversiteit, van land met hoge koolstofvoorraden (bijvoorbeeld bos, grasland, waterrijke gebieden) of land dat vroeger veengebied was.
  • De teelt van grondstoffen voor de productie van biogas moet voldoen aan specifieke landbouwverordeningen van de EU (cfr. EG verordening nr. 73/2009)

1Onder levering wordt hier verstaan een hoeveelheid biomassa die wordt ingezet voor energieproductie en waarvoor de fysieke en duurzaamheidseigenschappen voor de gehele levering gelijk zijn. Een levering kan bestaan uit meerdere ladingen van vrachtwagens of schepen.

Uit de Biograce II rekentool, die mede ontwikkeld werd door de VREG, blijkt dat biogasinstallaties, die werken met de courante inputsromen, reeds ruimschoots aan de voorwaarde voor 70% broeikasgasemissiereductie voldoen. Het VEA oordeelt dan ook dat voor biogasinstallaties geen bijkomende rapportage noodzakelijk is. 

VLAREMA en het Vlaco-keuringsattest

Sinds 2012 geldt in Vlaanderen het Materialendecreet voor duurzaam materialenbeheer. De doelstelling van dit Materialendecreet is de schadelijke gevolgen van afval en grondstoffenverbruik zoveel mogelijk te beperken, voor de mens en voor het milieu. Bij het decreet hoort een uitvoeringsbesluit, het VLAREMA (Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen). Het VLAREMA bevat gedetailleerde voorschriften over:

  • Vervoeren en verhandelen van afvalstoffen
  • Rapporteren over afvalstoffen en materialen
  • Gebruik van grondstoffen
  • Selectieve inzameling (sortering en ophaling) bij bedrijven
  • Uitgebreide producentenverantwoordelijkheid

Sinds 17 juni 2019 is het nieuwe VLAREMA (wijziging 7) van kracht. VLAREMA – wijziging 7 bevat onder meer een uitbreiding van de sorteerregels ten opzichte van VLAREMA – wijziging 6.

Het VLAREMA is hoofdzakelijk van belang voor biogasproducenten met betrekking tot het afzetten van hun digestaatproducten. Het VLAREMA schrijft voor dat van zodra organisch-biologische afvalstoffen worden gebruikt in een biologische verwerking, zoals een biogasinstallatie, voor de productie van meststoffen of bodemverbeterende middelen, zoals digestaatproducten, er een keuringsattest is vereist.

Voor eindproducten van de biologische verwerking, waarbij geen afvalstoffen zijn verwerkt, is VLAREMA niet van toepassing en is bijgevolg een keuringsattest strikt genomen niet vereist. Bij de co-vergisting van mest en energiegewassen met organisch-biologisch afval is het keuringsattest wel noodzakelijk.

De toekenning van het keuringsattest is een controlemechanisme om te vermijden dat onaanvaardbare diffusie van ongewenste en/of verontreinigende stoffen optreedt door afvalstoffen als meststof of bodemverbeterende middel op de Vlaamse bodem te gebruiken. De controle bevat onder meer het VLAREMA-analysepakket, waarbij analyses worden uitgevoerd op zware metalen, minerale oliën, PAK’s en andere organische stoffen. Er worden analyses uitgevoerd zowel op de inputstromen voor verwerking als de eindproducten (= digestaatproducten).

Vlaco doet de kwaliteitscontrole bij bedrijven die organisch-biologische afvalstoffen verweken tot grondstoffen of als meststof of bodemverbeterend middel. Hierbij levert Vlaco het Vlaco-keuringsattest af aan de betreffende bedrijven.

Wanneer de eindproducten buiten Vlaanderen worden geëxporteerd zonder keuringsattest, worden ze als afvalstof beschouwd en is de Europe Overbrengingsverordening (EVOA 1013/2006) van toepassing.

Bronnen/meer lezen: